Vandaag houdt het NEON, netwerk Ethiekondersteuning in Nederland, een online studiedag over morele stress. Eén van de veronderstellingen van deze dag is dat ethiekondersteuning morele stress kan ombuigen naar morele veerkracht. Maar hoe zit dat dan precies?
Nederland loopt met onderzoekers als Bert Molewijk, Guy Widdershoven ea. voorop in het onderzoek naar de effecten van moreel beraad. Ook de vraag welke competenties nodig zijn om deze vormen van ethiekondersteuning (clinical ethics support) te doen slagen, is erg pertinent. Hoog tijd om ook in Vlaanderen een stap te zetten naar meer waardering voor de specifieke kunst én het effect van ethiekondersteuning.
Ik ben argwanend tegenover generieke modellen want een goed ethisch overleg hangt erg af van de context: Welke verwachtingen leven er binnen de organisatie? Wie zit er rond de tafel? Welke thematieken zijn de aanleiding voor de vraag tot ethiekondersteuning?
Aan de andere kant zijn er competenties die ik telkens opnieuw inzet: mensen op verhaal laten komen; onderzoekend-waarderend faciliteren van het gesprek; present zijn; àlle stemmen laten klinken; deskundig schakelen in de methodiek; gevoeligheid voor vragen naar zin- en betekenisgeving; het uithouden van de morele ervaring… Deelnemers zeggen nadien dat ze erg tevreden zijn over mijn aanpak, maar waarin zit dat dan? Wat doet een goede ethiekondersteuner?
Tijd voor zelfreflectie en onderzoek...